Welk schijnverband is hier aan de orde?
In het 2e nummer van het Tijdschrift voor Hoger Onderwijs 2015 is een artikel verschenen van Irene van der Marel en mijzelf over beoordelingsmodellen voor eindwerkstukken in het hbo. Een auteursversie van het artikel is te downloaden:
Andriessen en Van der Marel 2015 Beoordelingsmodellen voor eindwerkstukken
Wij krijgen veel vragen over het beoordelingsformulier dat in dit artikel is beschreven. Dat vindt je hier:
Bijlage bij Andriessen en Van der Marel 2015 Beoordelingsformulier_afstuderen_FEMbreed
In de Volkskrant van 31 juli stelt Piet Verschuren dat studenten in het Nederland hoger onderwijs onvoldoende worden getraind in het doen van onderzoek. Aanleiding is een discussie over een onderzoeksrapport van een onderzoeksbureau dat naar verluid niet zou kloppen. Aan de universiteiten zou het slecht gesteld zijn met tussen de 800 en 1.200 uur training in onderzoek. In het hbo is de situatie volgens Verschuren nog veel ernstiger omdat er nog minder training zou zijn in onderzoek en de begeleiding plaats zou vinden door docenten zonder noemenswaardig verstand van onderzoek.
Echter, het hbo leidt helemaal niet op tot onderzoeker. Het hbo leidt op voor verpleegkundige, ICT-er, accountant, leraar, of sociaal werker. Er zijn wel een paar uitzonderingen zoals de opleiding tot laborant maar die opleiding komen makkelijk aan de door Verschuren geëiste 5.000 tot 7.000 uur. Wel besteedt het hbo de laatste 6 jaar meer aandacht aan onderzoek. In een kennisintensieve economie is het van belang dat hbo-ers beschikken over een onderzoekende houding, onderzoeksresultaten van anderen in hun werk kunnen toepassen en zelf op een grondige manier informatie kunnen verzamelen die nodig is voor het uitoefenen van hun vak. Maar dat betekent niet dat ze worden opgeleid tot onderzoekers die generaliseerbare kennis ontwikkelen die nieuw is voor de wereld.
De opleiding voor het vak van onderzoeker waar Verschuren het over heeft is in Nederland al jaren het promotietraject. Een promotie is een proeve van bekwaamheid in het doen van wetenschappelijk onderzoek. Gepromoveerde onderzoekers komen meestal ruim aan het door Verschuren geëiste aantal trainingsuren. Het hbo weet dat onderzoek doen een vak apart is en weet ook– zoals Verschuren terecht stelt – dat haar praktijkgerichte onderzoek veelal moeilijker is dan het op universiteiten gangbare theoriegerichte onderzoek. Daarom gebeurt het praktijkgerichte onderzoek in het hbo waar Verschuren het over heeft binnen speciale onderzoeksgroepen onder leiding van een gepromoveerde lector. De inmiddels bijna 700 lectoren in het hbo zijn ervaren onderzoekers die grondig zijn getraind in het doen van onderzoek en ervaring hebben in de praktijk. Hierdoor kunnen zij praktijkgericht onderzoek doen dat zowel praktisch relevant als methodisch grondig is.
Daan Andriessen is vice-voorzitter van de Vereniging van Lectoren, lector Methodologie van Praktijkgericht Onderzoek aan de Hogeschool Utrecht en eigenaar van Onderzoekscoach.nl
Het proefschrift van Sarai Boelema heeft nog al wat opschudding veroorzaakt omdat de conclusie zou zijn dat alcohol niet schadelijk is voor puber hersenen. Maar is dat wel zo?